Jaarverslag 2021 Actualiteit: SFRI
De Stichting staat garant voor kosten van procedures waarvoor geen toevoeging kan worden verkregen, maar welke wel een principieel karakter hebben en die in het voordeel van andere vreemdelingen kunnen zijn.
In 2021 heeft de SFRI vier verzoeken om garantstelling voor de kosten van een procedure gehonoreerd.
Het eerste verzoek betrof de kosten voor het laten opstellen van een deskundigenrapport voor een jonge, niet verwijderbare 1F-er die, ondanks kennelijke noodzaak daartoe, door zijn zwaar inreisverbod nergens voor (nood)opvang/behandeling terecht kon. Een schrijnende zaak met zaakoverstijgend belang, omdat kan worden bereikt dat ook bij 1F een individuele beoordeling moet plaatsvinden bij opleggen zwaar inreisverbod.
De tweede zaak ging over intrekking van een verblijfsvergunning met terugwerkende kracht waarin principiële punten (onwettigheid van intrekking met terugwerkende kracht, 2de lid toets 8 EVRM en het feit dat de 'exceptional circumstances'-toets niet van toepassing was) volgens de advocaat door de rechtbank niet op juiste gronden zijn afgedaan. De SFRI heeft een bijdrage in het betalen van de griffiekosten voor een hoger beroep bij de Afdeling vergoed.
Een bijdrage van 50% in de kosten, waarbij de andere 50% door VluchtelingenWerk Nederland werd vergoed, was voor een deskundigenbericht van een landenspecialist voor Balochistan en ziet in het bijzonder op de vraag naar de positie van activisten die de onafhankelijkheid van Balochistan bepleiten.
Tenslotte is een verzoek gedaan om een bijdrage in de kosten voor een combiprocedure bij de bestuursrechter en de civiele rechter wegens het nalaten van een evacuatie van een groep Afghanen uit Afghanistan die wel op een evacuatielijst stonden. Ook hier staat SFRI naast VluchtelingenWerk Nederland voor 50% van de kosten garant.